In een circulaire economie worden de grondstoffen die wij uit de natuur onttrekken zo lang mogelijk in de keten gehouden. Dat gaat veel verder dan alleen recycling. “Recycling is eigenlijk juist níét wat je wilt: materiaal is dan al afval geworden”, zegt Hans Stegeman, Hoofd Research en Investment Strategy bij Triodos Investment Management.
In een échte circulaire economie wordt vanaf het ontwerp van producten al rekening gehouden met levensduurverlening. Denk bijvoorbeeld aan modulair opgebouwde producten, zodat kapotte onderdelen gemakkelijker te vervangen zijn. Maar ook nieuwe businessmodellen, die reparatie en refurbishment stimuleren, zijn een belangrijk onderdeel van die nieuwe economie.
Om de circulaire economie daadwerkelijk van de grond te krijgen, moet iedereen zijn steentje bijdragen. Zo ook ondernemers. Wat kunnen zij doen? Deze acht pioniers laten zien wat er mogelijk is.
1. Pepijn Duijvestein, CIRCO.
CIRCO weet alles van de circulaire economie. Of beter gezegd, CIRCO weet alles van de transitie náár een circulaire economie. Bedrijven en ondernemers die met de circulaire economie aan de slag willen, kunnen dan ook bij CIRCO terecht voor advies, begeleiding en workshops.
CIRCO ontwikkelde daarnaast een stappenplan, waarmee bedrijven ook zelfstandig aan de slag kunnen. Van het analyseren van je huidige product tot het opstellen van een routekaart richting een circulair product; CIRCO’s stappenplan neemt ondernemers mee naar de circulaire economie.
2. Laura Klauss, Better Future Factory: “De circulaire economie tastbaar maken”
Als je anderen wilt stimuleren om met de circulaire economie aan de slag te gaan, werkt het niet om belerend met je vingertje te wijzen. Ontwerpbureau Better Future Factory ontwikkelde daarom tientallen producten van gerecycled plastic, die een circulair verhaal vertellen.
“Als je mensen op een leuke en interactieve manier laat zien wat je allemaal van plastic afval kan maken, maak je de circulaire economie tastbaar”, zegt Laura Klauss, medeoprichter van Better Future Factory. “De volgende keer dat ze een petflesje in de gracht zien drijven, zien ze geen afval meer maar de basis voor iets nieuws.”
Welke tips heeft Laura voor ondernemers die ook met de circulaire economie aan de slag willen?
- “Verdiep je eerst in het onderwerp. Als je snapt waar de circulaire economie om draait, herken je vanzelf de mogelijkheden in jouw sector. De Ellen MacArthur Foundation heeft bijvoorbeeld geweldige podcasts op Spotify staan, zoals Explore the circular economy en Getting in the loop. Dat kan een hartstikke goed startpunt zijn.”
- “Onderzoek in je eigen sector waar de grootste potentie tot verbetering ligt. Met andere woorden: waar is het probleem van de lineaire economie het grootst? Focus je daarop. Hoe groter het probleem, hoe groter de kans dat er een gezond businessmodel achter een mogelijke oplossing zit.”
- “Staar je niet blind op de recycling van afvalstromen. Hartstikke belangrijk natuurlijk, maar je kunt ook bijdragen aan de circulaire economie door je bijvoorbeeld te focussen op innovatief productontwerp. Dat liet Corona dit jaar zien, door de plastic six-pack ring te vervangen met een innovatiever productontwerp.”
> Lees ook ons interview met Laura Klauss over Better Future Factory
3. Sabine Biesheuvel, Blue City: “Gewoon van start gaan”
Sabine Biesheuvel kreeg de kans om het oude Tropicana-zwembad in Rotterdam om te toveren tot broedplaats voor circulaire ondernemers. Een forse uitdaging, maar ze dook er vol overgave in.
Dat is ook meteen haar belangrijkste tip aan andere ondernemers: ga gewoon aan de slag met de circulaire economie. “Wie wacht op de perfecte omstandigheden, gaat nooit van start”, zegt ze. “Een circulair businessmodel ontwikkel je stapje voor stapje, maar dan moet je wel eerst beginnen.”
Het Tropicana-zwembad is inmiddels omgedoopt tot Blue City, waar tientallen circulaire en innovatieve projecten van de grond komen. Hartstikke mooi en inspirerend, maar tegelijkertijd is het belangrijk om kritisch te blijven, stelt Biesheuvel. Zo moet je ondernemerschap niet uit het oog te verliezen: “Hoe leuk een circulair initiatief ook is, zonder businesscase heeft het waarschijnlijk geen toekomst.”
Daarnaast moeten ondernemers niet vergeten om de afweging tussen duurzaamheid en circulariteit te maken. “Als aparte inzameling van een afvalstroom gepaard gaat met heel veel extra transportbewegingen, kun je je bijvoorbeeld afvragen of je het wel moet doen”, legt Biesheuvel uit. “Dan gaat circulariteit immers ten koste van duurzaamheid en dat is niet de bedoeling.”
4. Timmo Terpstra, Peeze: “Samenwerking is de sleutel”
De circulaire economie prijkt al jaren hoog op de agenda van Peeze. Het koffiemerk ging op zoek naar circulaire verdienmodellen in de koffiesector en vond die ook.
Samenwerking is daarbij onmisbaar, stelt directeur Timmo Terpstra. De composteerbare koffieverpakking die Peeze ontwikkelde, illustreert dat: “Om zo’n verpakking te ontwikkelen, heb je een innovatieve partij nodig met verstand van verpakkingen. Die heeft op zijn beurt weer een grondstoffenleverancier nodig, met expertise op het gebied van materialen. Ook aan het einde van de levenscyclus is samenwerking essentieel. We hebben namelijk een afvalverwerker nodig die de verpakking naar compost kan transformeren. Je snapt: samenwerking is echt de sleutel.”
> Op zoek naar meer tips van Terpstra en andere experts uit de circulaire economie? Lees dan vooral ons artikel Circulair ondernemen: hoe pak je dat aan?
5. Tiemen ter Hoeven, Roetz-Bikes: “Recycling is pas de eerste stap”
De doelstelling van Roetz-Bikes liegt er niet om: de recycling van de miljoen fietsen die elk jaar op de afvalberg belanden. Het bedrijf is inmiddels goed op weg, want de gemiddelde Roetz-Bike bestaat al voor 30-40 procent uit gerecycled materiaal. Maar recycling is pas stap één, stelt oprichter Tiemen ter Hoeven.
De volgende, ambitieuzere stappen zijn het verlengen van de levensduur van materialen en producten op zo’n manier ontwerpen dat ze geschikt zijn voor hergebruik. “Uiteindelijk willen we waarborgen dat de onderdelen bij ons terugkomen. Dat kan door een leasemodel of een terugkoopcontract”, zegt Ter Hoeven. “Dat is even wennen natuurlijk. Het is de grote uitdaging van de circulaire economie.”
6. Bert van Son, Mud Jeans: “Circulair is de volgende stap in duurzaam ondernemen”
“Als je de kledingindustrie wil verduurzamen dan start je bij de jeans”, zegt Bert van Son, directeur van MUD Jeans.
Hij greep het kledingstuk met beide handen aan om de principes van de circulaire economie naar de modewereld te brengen. Klanten van MUD Jeans kopen geen spijkerbroek, maar leasen hem. Zo garandeert het bedrijf dat de spijkerbroeken bij hen terugkomen en in de kringloop blijven.
“Circulair denken is de volgende stap in duurzaam ondernemen”, zegt Van Son. “Dat betekent dat je in de productie al rekening houdt met hergebruik. Ook moet je een manier bedenken waarop het product weer bij je terugkomt.”
> Lees hoe MUD Jeans dat precies aanpakt
7. Mireille Geijsen, i-did: “Kansen voor bewustwording grijpen”
Elk jaar wordt er ongeveer 240 miljoen kilo textiel weggegooid. En dan praten we niet over wereldwijd, maar alleen over Nederland.
Mireille Geijsen, modeontwerper en oprichter van I-did, wilde daar wat aan doen. Haar bedrijf maakt nieuwe producten van vilt, een materiaal dat wordt gemaakt uit afgedankt of kapot textiel. Met deze producten, van hakschoenen tot tassen en portefeuilles, hoopt ze bewustwording te creëren over de mogelijkheden van de circulaire economie.
“Kleding wordt vaak gerecycled tot vilt en verdwijnt dan vaak in bijvoorbeeld autokleding”, zegt ze. “Het is een laag gewaardeerd product, terwijl het kostbaar materiaal is. Wij zagen daar een kans voor een stukje bewustwording. Door er mooie producten van te maken, geven we vilt een podium.”
8. Wouter Valkenier, De Ceuvel: “We doen méér dan hergebruik van materialen”
Architect Wouter Valkenier was al met de circulaire economie bezig toen het nog geen modewoord was. Op de Ceuvel, een oude scheepswerf in Amsterdam-Noord waar tegenwoordig duurzame en creatieve ondernemers werken, bouwde hij een compleet café van geupcycled materiaal.
Hij maakte hierbij gebruik van oude meerpalen, die vroeger dienst deden als aanlegplaatsen voor zeeschepen. Valkenier: “Toen wij hoorden van die meerpalen, hoefden we niet lang na te denken. Zulk mooi hout: dat gaan we gebruiken. Maar we doen méér dan alleen hergebruik. We proberen te ‘upcyclen’: met oude materialen iets unieks toevoegen aan de omgeving.”
Bedankt voor je reactie!
Bevestig je reactie door op de link in je e-mail te klikken.