Je hebt je eigen bedrijf. Je bouwt meubels of ontwerpt websites, schrijft boeken of verpleegt mensen, je maakt lekkere soep of geeft advies. Alleen of samen met je personeel. Hoe dan ook: jij runt de zaak. En dan ineens gebeurt er iets. Je wordt ziek, krijgt een ongeluk. Werken kan even niet meer. Hoe moet dat dan met je opdrachten? En belangrijker nog, je inkomen?
Wie een vast contract heeft kan rekenen op een uitkering via de werkgever, die de premie voor je arbeidsongeschiktheidsverzekering (aov) automatisch van je salaris inhoudt. Maar wie eigen baas is moet zelf iets regelen.
Hopen dat je niet ziek wordt
Dat gaat lang niet altijd goed. Volgens de meest recente cijfers van het CBS is slechts 21,9 procent van de zelfstandigen zonder personeel en zo’n 35 procent van de zelfstandigen met personeel verzekerd voor arbeidsongeschiktheid. Veel zelfstandig ondernemers vinden de premie van zo’n verzekering eenvoudigweg te duur. Terwijl gewoon maar hopen dat je niet ziek wordt gratis is.
Ondernemer en grafisch vormgever Jet van Zwieten, die Vechtclub XL (een werkplek voor creatieve ondernemers) runt herkent het. “Ik had lange tijd niets geregeld. Dat doe ik nog wel een keer, dacht ik bij mezelf. Later, als ik iets meer verdien. Wat ik overhield investeerde ik meteen weer in mijn bedrijf. En anders ging het wel op aan vakantie.”
Bij vakgenoten ging het precies hetzelfde. Tot ze het er een keer samen over hadden en concludeerden dat het toch wel fijn zou zijn, een beetje zekerheid. Samen besloten ze iets te regelen en richtten een Broodfonds op.
Transparantie, kleinschaligheid, vertrouwen
Het Broodfonds is bedacht en ontwikkeld door sociaal en duurzaam ondernemer Biba Schoenmaker. Samen met haar collega’s Haiko Liefmann en André Jonkers zocht zij naar een alternatief voor de aov. “We gingen uit van een paar belangrijke pijlers: transparantie, kleinschaligheid en vertrouwen. Precies de aspecten waar het bij grote verzekeraars vaak aan schort. Wie verzekerd is bij een grote instantie en ziek wordt moet stapels formulieren invullen om te bewijzen dat je echt niet meer kunt werken. En je hebt geen inzicht in wat er met je premie gebeurt. Misschien spek je er het jaarsalaris van de directeur wel mee. Maar hoe mooi zou het zijn als je weet dat je er een collega in nood mee helpt?”
Kleine bedragen, groot effect
Na twee jaar nadenken, uitzoeken en proberen was er het resultaat: in 2006 werd het allereerste Broodfonds ter wereld opgericht. Inmiddels telt Nederland zo’n tweehonderdvijftig Broodfondsen en dat aantal blijft gestaag groeien. Elk fonds bestaat uit minimaal twintig en maximaal vijftig ondernemers die elkaar allemaal kennen. Iedereen zet elke maand een bedrag opzij op een persoonlijke Broodfondsrekening. Dat geld kan niet zomaar van de rekening afgehaald worden maar het blijft wel van jou. Mocht je uit het fonds stappen dan neem je het bedrag wat daar dan op staat gewoon weer mee.
Als er iemand uit het Broodfonds ziek wordt doet elk lid diegene een maandelijkse schenking. Dat zijn kleine bedragen, soms maar een paar tientjes. Maar alles bij elkaar genoeg voor de gedupeerde om van te leven en eventueel tijdelijk iemand in te huren die het werk overneemt. De schenkingen gaan maximaal twee jaar door. De meeste mensen zijn binnen die periode opgeknapt en kunnen weer aan het werk.
Wil je deze video zien?
Cookies zijn nodig om deze video te tonen. Lees er meer over in onze Privacyverklaring
Onderlinge solidariteit
Met haar bedrijf De BroodfondsMakers helpt Schoenmaker ondernemers hun eigen Broodfonds op te richten. Ze merkt dat steeds meer mensen het Broodfonds zien als een betaalbare en betrouwbare arbeidsongeschiktheidsvoorziening. Scepsis over de werking van het Broodfonds is er steeds minder. “Het Broodfonds bestaat nu al meer dan tien jaar en in die tijd is gebleken dat het goed werkt. Er is nog nooit een geval van fraude geweest. Juist omdat het zo kleinschalig is komt misbruik van het systeem niet voor. Mensen die je persoonlijk kent wil je niet oplichten.”
Binnen de Broodfondsen zijn de onderlinge solidariteit en het vertrouwen vaak groot. Dat sociale aspect is voor mensen zelfs een belangrijke reden zich aan te sluiten bij een Broodfonds. Schoenmaker: “Mensen vinden het een mooi en prettig idee dat ze elkaar kunnen helpen. Het voelt goed om een schenking aan een ander te doen en dan met eigen ogen te zien wat voor een positief verschil dat kan maken.”
Dit sociale karakter van het Broodfonds past bij de visie van Triodos Bank. Die is sinds de oprichting van het Broodfonds in 2006 betrokken door de speciale spaar- en schenkconstructie voor de Broodfondsen technisch mogelijk te maken. “De Broodfondsen zijn gebaseerd op gelijkheid en gaan weer terug naar de essentie van onderlinge solidariteit. Daarin vinden we elkaar”, zegt Matthijs Bierman, directeur van Triodos Bank Nederland.
Gesteund door de hele groep
Jet van Zwieten heeft de solidariteit zelf ondervonden. Twee jaar na de oprichting van haar Broodfonds kreeg ze een auto-ongeluk. Ze liep een hersenschudding op. Werken ging niet meer. Drie maanden lang kreeg ze schenkingen uit haar fonds. “Ik was ontzettend blij dat ik het op tijd geregeld had. Over geld hoefde ik me geen zorgen te maken. Ik kon me helemaal op mijn herstel richten.” Elke maand opnieuw zag ze veertig kleine bedragjes op haar rekening verschijnen. “Ik zag alle namen van de leden uit mijn Broodfonds voorbij komen, al die mensen die me hielpen. Gesteund worden door zo’n hele groep, dat voelde heel bijzonder.”
Benieuwd of een Broodfonds iets voor je is? Lees er alles over op Broodfonds.nl. Daar zie je ook of er een Broodfonds bij jou in de buurt zit.
Bedankt voor je reactie!
Bevestig je reactie door op de link in je e-mail te klikken.