In het derde kwartaal van het jaar stegen de wereldwijde aandelenmarkten. Maar deze groei verliep niet in een rechte lijn. Juli werd gekenmerkt door stijgende aandelenmarkten en een verschuiving in de onderliggende drijfveren. De grote technologieaandelen hadden het moeilijk, terwijl kleinere aandelen goed presteerden dankzij een sterk winstseizoen en het vooruitzicht van renteverlagingen. Augustus begon met een duik op de aandelenmarkten door een samenloop van twee dominante factoren. De vrees voor een recessie in de VS, aangewakkerd door een teleurstellend banenrapport en een rotatie in de investeringsstrategie waarbij met geleende Japans valuta Japanse aandelen worden gekocht. In de loop van de maand werd dit verlies weer grotendeels goedgemaakt toen de verwachtingen voor renteverlagingen toenamen. September was weer een positieve maand voor aandelen, gesteund door onder meer goede macrocijfers en renteverlagingen. Al met al zijn de wereldwijde aandelenmarkten over het kwartaal gestegen.
Data loopt uiteen
Data in het derde kwartaal van 2024 duidde wederom op een stevige groei van de Amerikaanse economie, terwijl de Britse en Japanse data een meer gematigde expansie signaleerden en de data in de eurozone in de loop van het kwartaal een krimp lieten zien. De dienstensector is de drijvende kracht achter de sterke economische expansie in de VS. De verwerkende industrie duidde op een krimp in de eurozone, Japan en de VS. De verwachte krimp in de VS is nieuw. In het Verenigd Koninkrijk werd een groei gesignaleerd voor zowel de dienstensector als de verwerkende industrie.
Vooral renteverlagingen
Nadat de ECB in juni de rente verlaagde, was de volgende stap een renteverhoging door de Bank of Japan. Deze stap, als reactie op loonstijgingen en stijgende dienstenprijzen, verraste de markten enigszins en droeg waarschijnlijk bij aan de afwikkeling van de yen-investeringsstrategie begin augustus. Mogelijk volgen er meer renteverhogingen van de Bank of Japan. Kort daarna verlaagde de Bank of England de rente met 25 basispunten, waarmee ze het begin van haar renteverlagingscyclus markeerde. Wel sloeg de bank een voorzichtige toon aan over het tempo van het verdere proces. De ECB ondersteunde deze voorzichtigheid door de rente tijdens haar vergadering in juli stabiel te houden. In september begon de Fed haar eigen cyclus van renteverlagingen en deed dat heel krachtig met een verlaging van 50 basispunten. Deze verlaging was al volledig door de markt ingeprijsd. In september verlaagde de ECB de rente wederom met 25 basispunten.
Obligatierente daalt
De 10-jaarsrente in de VS, de eurozone, het Verenigd Koninkrijk (VK) en Japan daalde in de loop van het kwartaal, hoewel de omvang van de daling per land verschilde. De Amerikaanse rente daalde sterk doordat de aanhoudende inflatievrees aan het begin van het kwartaal omsloeg in de vrees voor een recessie in augustus, waardoor het kwartaal werd afgesloten met een grote verlaging van de beleidsrente. Ook in de eurozone zorgde dit kwartaal een renteverlaging en een groeiend vertrouwen dat de inflatie voorbij is, voor een daling van de rente. De Britse rente daalde minder dan de rente in de VS en de eurozone, omdat de diensteninflatie en de loongroei een zorg blijven voor een voorzichtige Bank of England. Ook de Japanse rente daalde in het kwartaal. De daling was vooral zichtbaar in de volatiele eerste dagen van augustus.
De kerninflatie daalt langzaam
We verwachten dat de kerninflatie in de VS, het VK en de eurozone in de rest van het jaar zal dalen in de richting van de 2% doelstelling. De totale inflatie heeft ondertussen al de doelstelling bereikt in het VK en de eurozone en zal daar de komende maanden waarschijnlijk blijven hangen. In de VS verwachten we dat zowel de totale inflatie als de kerninflatie langzaam zullen blijven dalen in de richting van de doelstelling. In Japan is de inflatie zelfs iets boven de doelstelling uitgekomen, wat een nieuwe renteverhoging mogelijk zou kunnen maken. We verwachten niet dat de Japanse inflatie de komende maanden significant zal stijgen. Het belangrijkste opwaartse risico voor de inflatie lijkt de instabiele (geo)politieke situatie in de wereld te zijn, die mogelijk voor een aanbodschok kan zorgen. We verwachten dat de loongroei in de VS, het VK en de eurozone zal afnemen doordat de inflatie daalt en de winstmarges van bedrijven onder druk komen te staan.
De economische groei zal matig zijn
Gezien de aanhoudende krapte op de arbeidsmarkten zien wij een zachte landing van de economische groei als meest waarschijnlijke scenario. Hoewel de werkloosheid in de meeste geavanceerde economieën licht stijgt, blijven de werkgelegenheid en de vacaturegraad naar historische maatstaven hoog. Dit betekent niet dat we sterke totale groeicijfers verwachten. De wereldwijde economische activiteit groeide in 2023 met 3,2%. We verwachten een vergelijkbare groei in 2024, wat naar historische maatstaven laag is. Voor de eurozone en het VK verwachten we een traag herstel van de groeicijfers ten opzichte van de vorige kwartalen, terwijl we voor de VS een gematigde groei verwachten. Japan zal de rest van het jaar waarschijnlijk te maken krijgen met lage groeicijfers.