In het Klimaatakkoord heeft Nederland afgesproken dat de CO2-uitstoot in 2050 is gereduceerd naar nagenoeg nul. Daarom zijn er voor zowel particulieren als bedrijven tal van regelingen in het leven geroepen die deze transitie moeten versnellen. Alle gebouwen in Nederland stoten jaarlijks namelijk nog steeds rond de 23 megaton CO2 uit, met zaken als verlichting, verwarming en airco.
Daarbij zijn de energielasten sinds de oorlog in Oekraïne enorm gestegen, dus loont het om te zorgen dat je met je bedrijf minder energie verbruikt. Heb je als ondernemer een kantoor, garage of logistiek centrum? Er zijn verschillende manieren om je pand te verduurzamen. Joren Harmanny van Energieleverancier Groendpand legt je uit hoe.
1. Breng je huidige situatie en wensen in kaart
“Om te weten waar je het meeste energie verbruikt enwaar je dus goed kunt bezuinigen, is het van groot belang eerst je huidige verbruik in kaart te brengen”, vertelt Harmanny. “Ook moet je kijken naar de bouwkundige- en installatietechnische staat van het pand, want die bepalen wat er zoal mogelijk is.” Daarnaast moet je als ondernemer goed nadenken over wat Harmanny de ‘softe factoren’ noemt: hoeveel ben je bereid te investeren, hoe lang mag het duren en hoeveel overlast voor het werkproces is acceptabel? Het is noodzakelijk al die punten op papier te zetten, wil je later in het proces niet voor onwenselijke situaties komt te staan. Harmanny: “Ik zie dikwijls dat mensen halsoverkop zonnepanelen op het dak leggen en zich later beseffen dat het dak eerst vervangen en geïsoleerd moest worden, wil alle zelf opgewekte energie er niet direct weer uitstromen.”
Op Duurzaam Energie Besparen, een online platform voor mkb-ondernemers, zijn talloze verhalen van ondernemers te vinden die ook met verduurzaming bezig gingen. Vind je het alsnog ingewikkeld in beeld te krijgen wat er überhaupt allemaal mogelijk is voor het verduurzamen van je bedrijfspand? De RVO (Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland), heeft hiervoor de Erkende Maatregelenlijst Energiebesparing (EML) opgesteld. De lijst behelst meer dan alleen het verduurzamen van je pand, maar is een handige tool om overzicht te krijgen op alle grote en kleine maatregelen.
Ter informatie en voor handige tips kun je je ook kosteloos aansluiten bij de Alliantie Klimaatactie, dan ontvang je een globale 0-meting van de klimaatimpact van je organisatie, webinars, handige bespaartips en een stappenplan naar energiebewust ondernemen. Bovendien hebben zij ook een handige CO2-calculator.
2. Snel aan de slag
Voordat je voor grote investeringen kiest zijn er tal van kleine verbeteringen die ervoor kunnen zorgen dat je je energieverbruik vermindert. Denk bijvoorbeeld aan het uitschakelen van binnen- en buitenverlichting zodra dit kan, de verwarming laag te zetten buiten werktijd, en uitdoen in de ruimten waar niet gewerkt wordt. De airco is natuurlijk fijn op enorm hete en windstille dagen, maar staat er wel een bries zet dan de ramen open en de airco uit, dat scheelt ook weer in verbruik. De RVO maakte een handig overzicht met alle kosteloze maatregelen.
Andere relatief betaalbare investeringen kunnen het energielabel van bepaalde bedrijfspanden al een stuk upgraden. Denk bijvoorbeeld aan de aanschaf van ledverlichting, het vervangen van oude cv-ketels of waterbesparende kranen laten installeren.
3. Grotere stappen zetten
Wil je als bedrijf direct grote stappen maken als het gaat om het verkleinen van je CO2-voetafdruk en flink investeren, dan is het aanpakken van de gebouwgebonden energie (die het binnenklimaat van je pand beheerst) een belangrijke stap. Denk bijvoorbeeld aan isoleren, het aanbrengen van vloerverwarming of per werkplek zorgen voor verwarmingsmogelijkheden. “Als je een garage hebt en je wilt je personeel niet in de kou laten werken, kun je infraroodpanelen ophangen om per werkplek te verwarmen”, legt Harmanny uit, “dan hoef je niet je hele garage te verwarmen”. Maar ook het aanbrengen van een warmtepomp kan volgens Harmanny al veel energie schelen: “Het wordt zwaar onderschat hoe ongelofelijk duurzaam een warmtepomp is, ze geven vier à vijf keer meer rendement dan een cv-ketel, mits onder de juiste omstandigheden.” In dat licht is het ook goed om te weten dat de (hybride) warmtepomp ook voor scholen, winkels en kantoren vanaf 2026 de norm wordt.
4. Subsidies voor verduurzaming
Voordat je aan de slag gaat is het slim om te kijken welke financiële regelingen er zoal zijn voor het verduurzamen van panden. Subsidies wisselen per jaar sterk als het gaat om de hoogte van het bedrag en de gestelde voorwaarden. Op overheidsniveau wordt er veel aangeboden via de RVO, denk aan de Investeringssubsidie duurzame energie (ISDE), voor de aanschaf van een zonneboiler of warmtepomp en het ontzorgingsprogramma maatschappelijk vastgoed van het RVO. Ook belangrijk: de Stimulering Duurzame Energieproductie en Klimaattransitie (SDE++) voor bedrijven die hernieuwbare energie gaan produceren en aan CO2-reductie werken.
Ook hier loont het volgens Harmanny om een deskundige, van bijvoorbeeld een subsidieadviesbureau, aan te trekken die precies weet wat de mogelijkheden zijn, zowel op nationaal als lokaal niveau. “Het kan namelijk zijn dat jouw gemeente ook specifieke subsidies heeft voor het verduurzamen van bedrijfspanden. Zo subsidieert de gemeente Utrecht 25 procent van de investeringswaarde bij de aanschaf van een groen dak. Daarbij weet een expert meestal welke formulieren je in moet vullen en voor welke deadlines je een aanvraag in moet dienen. Dat komt nogal nauw en als ondernemer heb je vaak wel wat anders aan je hoofd.”
5. Vergeet de verplichtingen niet
Tegenwoordig zijn veel ondernemers al verplicht om te verduurzamen door energie te besparen. Zo is er de energiebesparingsplicht voor bedrijven met locaties waarin meer dan 50.000 kWh elektriciteit of 25.000 m3 aardgas(equivalent) wordt gebruikt. Deze bedrijven moeten flink aan de slag met energiebesparende maatregelen en moeten elke vier jaar rapporteren over de ontwikkelingen op dat vlak. Bekijk via de Wetchecker Energiebesparing of jouw bedrijf ook aan de energiebesparingsplicht moet voldoen of bekijk de Label C verplichting voor kantoren van het RVO.
6. Denk aan de verzekering
Het is volgens Harmanny niet iets waar veel mensen bij het verduurzamen van een pand direct aan denken, maar ook met zonnepanelen op je dak wil je wel dat je goed verzekerd bent tegen bijvoorbeeld brandschade. Hiervoor heeft het Verbond van Verzekeraars een nieuwe certificeringsregeling ingesteld: zonnepanelen moeten geïnspecteerd worden volgens de zogenoemde scope 12. Harmanny: “Hiermee wordt gekeken of panelen aan een bepaalde veilige norm voldoen. Check daarom bij de aankoop van zonnepanelen altijd vooraf of ze aan de scope 12 voldoen. Dan ben je misschien duurder uit dan bij die cowboy die de zonnepanelen veel goedkoper aanbiedt, maar dan weet je wel zeker dat je verzekerd bent tegen brandschade.”
7. Vind de juiste expert
Zodra je je wensen en verbruik in kaart hebt gebracht, wordt het tijd om een plan te maken. Dit kun je op eigen houtje doen, maar bedenk dat het tijd en expertise vraagt om een gedegen plan van aanpak te schrijven. Een professionele duurzaamheidsadviseur of ingenieur zou hier goed bij kunnen helpen. Harmanny van Groendpand: “Zeker bij grote investeringen is het handig om te weten met wie je in zee gaat.” Harmanny doelt daarmee op de vele aanbieders van relatief goedkope zonnepanelen - ook wel cowboys genoemd - die er de afgelopen jaren bij zijn gekomen sinds steeds meer mensen voor zonne-energie kiezen. “Ik maak me bijvoorbeeld best zorgen over de handel in goedkope zonnepanelen die onder erbarmelijke omstandigheden in een achteraf fabriek in China zijn geproduceerd. Ik zeg daarom altijd: ga verduurzamen, maar doe het wel goed.”