“Broedplaats? Ik heb niks met dat woord”, zegt Cyril Stom. “Wij zitten niet te broeden… we zijn een máákgemeenschap.” Hij staat in de immense hal van wat ooit een papierfabriek is geweest. Het bedrijventerrein ligt aan een uitloper van rivier het IJ, die Zaandam van Amsterdam scheidt. De creatieve rafelrand van de steeds prijzigere hoofdstad is inmiddels zo ver opgeschoven dat die buiten de stadsgrenzen ligt.
Een paar jaar geleden was deze hal van zo’n 10.000 vierkante meter nog helemaal leeg, totdat initiatiefnemers Cyril en Sjoerd Ruarus hier neerstreken. Met aspirant-huurders maakten ze 2.500 prefab-muren: “Een sandwich van hout- en gipsplaten, schroeven erdoor en hup de volgende”. Zo ontstond langzaam maar zeker een dorpje van ateliers. En oja, alle elektra en leidingen legden ze ook zelf aan. “We hebben 1,5 jaar gebouwd, samen met veel huidige huurders. Als je maar een cirkel van experts om je heen hebt, kun je heel veel zelf.”
Inmiddels hebben zo’n 250 creatieve makers hier sinds 2019 hun plek gevonden: van lasser tot zeepmaker. En na vertraging door corona, kunnen er binnenkort ook evenementen plaatsvinden. “Dan kunnen we eindelijk aan de buitenwereld laten zien hoe leuk het hier is.”
Dorpseconomie
In een gang die tot PC Hoopstraat werd gedoopt is de ene deur rijkelijk versierd, terwijl de ander nauwelijks opvalt. Maar laat je daar niet door foppen: als Cyril één zo’n saaie deur opent, komt er een complete fotostudio tevoorschijn waar net een shoot aan de gang is. “Hier wordt onder andere al het fotomateriaal voor de gaypride geschoten.”
Uit een ruimte verderop ontsnappen zoete walmen: hier heeft Papa Bubble een atelier voor ambachtelijk snoep. Een plakkerig ‘deeg’ in fluorkleuren wordt gekneed, gerold en uiteindelijk in stukjes gesneden waardoor snoepjes ontstaan die lijken op minischilderijtjes. Een andere huurder werkt één dag per week mee.
Zo zag Cyril het voor zich: een dorpseconomie waarin huurders elkaars diensten inhuren en klussen naar elkaar doorspelen. De Crealisatie Coöperatie heeft daarnaast zelf ook een maakbedrijf in het leven geroepen dat huurders kan inhuren, zoals laatst om een andere broedplaats te helpen bouwen. Zo helpt de maakgemeenschap huurders niet alleen aan een atelier, maar waar mogelijk ook aan meer financiële stabiliteit. “We hebben weleens globaal uitgerekend dat hier in zeven jaar 40- tot 80 miljoen wordt omgezet. Dat kunsten geen geld opleveren is gewoon niet waar.”
Koken voor asielopvang
Cyril komt zelf uit de reclame- en communicatiewereld. “Ik had communicatie voor de NDSM-werf gedaan en even daarna vroeg een groep jonge mensen, die een pand bij de Isolatorweg in Amsterdam hadden gekraakt, of ik hen ook wilde helpen. Nou, reclamemakers vinden zichzelf creatief, maar als je ziet wat dit soort jonge makers neerzetten, daar word je verlegen van.” Het inspireert hem – hij wil faciliteren dat deze mensen hun ding kunnen doen. “Dat mensen op een vrije en betaalbare plek samen kunnen máken.”
Als je samenkomt en creativiteit meebrengt, ontstaat er altijd meer, ziet Cyril. “Dan krijg je sociaal-maatschappelijke waarde. Ik zie sowieso dat broedplaatsen steeds meer die rol vervullen.” Een rondje over het terrein laat daar tal van voorbeelden van zien. Op een schuin oefendak van The Switch leren nieuwe Nederlanders zonnepanelen monteren, en bij UpDesign.nu worden kringloopspullen omgetoverd tot unieke hebbedingen. Mensen die tussen wal en schip dreigen te vallen, maken zo kennis met zelfstandig ondernemen.
Iets verderop voegt kok Mouayad Al Haj-Ali een enorme bak erwtjes toe aan pannen zo groot als wastobbes. Huurders hadden deze professionele keuken gebouwd voor festivalcatering, maar er ontstond iets nog veel mooiers: dagelijks koken asielzoekers en huurders hier samen 500 tot 1.000 maaltijden voor de nabijgelegen AZC-boten. Mouayad verbleef er ook een tijdje, maar is inmiddels herenigd met zijn gezin en woont in Krommenie. “Dit is een fijne plek om te koken. Het is goed nu, ik heb een huis en dit werk”, zegt hij. Ook hier draait de dorpseconomie: het COA betaalt Crealisatie Coöperatie voor de catering, en die huren op hun beurt Mouayad, enkele van zijn voormalige medebewoners en De Hoop-huurders in.
Kleurige veranda
Alejandra Silva zwaait terwijl ze een vorkheftruck inparkeert. Ze is beeldend kunstenaar en kostuumontwerper. Als hurende hoofdbeheerder draagt ze er zorg voor dat De Hoop een fijne plek blijft – “samen met twee andere vrouwen, daar ben ik trots op”. Zo richtte ze een recyclestation in en regelt ze dat iedereen af en toe de prullenbakken leegt, maar ze is ook het aanspreekpunt voor huurderswensen en zorgt ze ervoor dat mensen regelmatig samenkomen.
"Dat ontstaat niet zomaar vanzelf bij een broedplaats", vertelt ze op de kleurige veranda die ze aan haar atelier bouwde. "Het moet echt de visie zijn. Iedereen is druk als ondernemer, maar als je het bewust zo organiseert, kan er echt een dorpje ontstaan in zo'n loods. Dan gaan mensen kennis uitwisselen, met elkaar meedenken en elkaar klussen toespelen." Die visie is de reden dat Alejandra hierheen kwam. "Ik zat bij een andere broedplaats in Amsterdam en kwam hier alleen helpen bouwen, maar toen dacht ik al snel: ik wil wel een nieuwe uitdaging! Bovendien is hier meer ruimte en ik wilde altijd al onderdeel zijn van een community."
Gildestructuur
Samenwerking tussen huurders wordt gestimuleerd door 'gildes': subgroepjes van huurders die met dezelfde materialen werken. Om een gildelid aan het woord te laten, stept Alejandra naar het atelier van een keramist - de loods is zo groot dat huurders zich vaak verplaatsen op stepjes, skateboards of zelfs een eenwieler. Het atelier van Jochem Esser staat stampvol ingepakte sculpturen van keramiek, waar elektronica in verwerkt zit. "Die gaan zo naar België", zegt Jochem.
We wijken uit naar de gezamenlijke keramiekwerkplaats, waar Jochem met zijn gilde het initiatief voor nam. “Toen ik was afgestudeerd als kunstenaar, vond ik het lastig dat alle faciliteiten van de opleiding wegvielen. Ik heb een jaar thuis gebakken, tot onvrede van mijn huisgenoten. Daarom is het zo fijn dat we hier een oven kunnen aanbieden. Niet alleen aan huurders van De Hoop; iedereen kan lid worden en de ruimte gebruiken.” Hij is ook bezig met workshops ontwikkelen, en rondleidingen voor schoolklassen. “Die kunnen dan in één keer kennismaken met tientallen disciplines, en met ondernemerschap.”
De Hoop kan hier nog drie jaar blijven, mogelijk wordt dat langer. “En zo niet, dan bouwen we ergens anders weer op”, zegt Cyril. Dat is het voordeel van een dorp van panelen. Hij heeft al een paar plekken op het oog, en wil daarnaast ook in Spanje en Polen projecten starten. Ook Jochem vindt het leuk om ergens anders opnieuw te beginnen. “Maar het tempo waarmee het in Amsterdam gaat, maakt het wel zwaar. Als je om de paar jaar weg moet, ben je vooral dáármee bezig. Zoiets als de gemeenschappelijke keramiekruimte was ik dan nooit begonnen.”
Bedankt voor je reactie!
Bevestig je reactie door op de link in je e-mail te klikken.